De opstand en de republiek der zeven verenigde Nederlanden
a. Spaanse (katholieken) overheersing / Karel V
b. Hagenpreken / verzet tegen Spanjaarden
c. Beeldenstorm
d. De opstand, de tachtigjarige oorlog en het verzet van stadhouder Willem van Oranje
e. Unie van Utrecht
f. Republiek der zeven verenigde Nederlanden
g. Vrede van Munster (1648)
-
Karel de Vijfde
Karel de Vijfde, geboren in Gent, is net 15 jaar oud als hij 'heer der Nederlanden' wordt. Een jaar later wordt hij bovendien koning van Spanje en van de Spaanse gebieden in Midden- en Zuid-Amerika. En in 1519 - hij is dan 19 jaar - wordt hij gekozen tot keizer van het Duitse Rijk. Hij heerst dan over het grootste rijk sinds Karel de Grote.
Zwakke gezondheid
Karel de Vijfde is niet zo knap als zijn vader, Filips de Schone (de mooie). En hij is ook nog gehandicapt. Zijn kaak staat zo ver naar voren dat zijn mond niet goed dicht kan. Karel kan moeilijk praten en eten. Hij heeft vaak last van zijn buik. En door de ziekte jicht doen zijn botten pijn.
-
Slim trouwen
In de tijd van Karel de Vijfde trouwen rijke mensen niet uit liefde, maar om het gebied dat ze bezitten groter te maken. Karels vader Filips de Schone trouwt met een Spaanse prinses, die weer een kleindochter is van de Duitse keizer. Zo komen Spanje en het Duitse rijk in de familie.
Slim, verliefd of allebei?
Al deze gebieden erft Karel als zijn ouders sterven. Zelf trouwt Karel de Vijfde met zijn nicht, Isabella van Portugal, want hij wil goede maatjes worden met het Spaanse buurland Portugal. Maar gelukkig vinden Karel en Isabella elkaar ook aardig en hebben ze het fijn samen. Als Isabella in 1539 sterft is Karel zo verdrietig dat hij de rest van zijn leven zwarte kleren draagt.
-
Nederland wordt één
Als Karel de Vijfde de Nederlanden erft, is het een lappendeken van verschillende gewesten, elk met eigen wetten en regels. Karel wil van die gewesten een eenheid maken. Hij verovert de gebieden die nu Friesland, Utrecht, Drenthe, Overijssel en Gelderland heten. De Nederlanden bestaan nu uit zeventien aan elkaar grenzende provincies. Het gebied is ongeveer zo groot als Nederland, België en Luxemburg samen.
Groei en bloei
Karel de Vijfde zorgt ervoor dat dit gebied alleen nog maar als één stuk geërfd kan worden. Bovendien gelden overal voortaan dezelfde regels. Dat maakt het regeren voor hem veel makkelijker. De groei van de Nederlanden en de vele handelscontacten van Karel de Vijfde in zijn wereldrijk zorgen voor rijkdom. Met het geld dat door handel en hoge belastingen verdiend wordt, kan Karel zijn oorlogen betalen en nog machtiger worden.
-
Strijd om de macht
De edelen die de rijke Nederlandse steden en gewesten besturen zijn niet blij met Karel de Vijfde. Die vraagt hun steeds hogere belastingen om zijn veldtochten te kunnen betalen. Via zijn ambtenaren probeert Karel steeds meer macht te krijgen. Maar de bestuurders in de Nederlanden willen hun macht niet kwijt. En dan wil Karel ook nog met geweld het katholieke geloof opdringen. De onrust in de Nederlanden groeit…
-
Een rijk waar de zon nooit ondergaat
In 1492, acht jaar voordat Karel de Vijfde wordt geboren, bereikt Columbus Amerika. Hij maakt deze ontdekkingsreis in opdracht van Karels oma, de koningin van Spanje. Daarna verovert Spanje grote gebieden in Midden- en Zuid-Amerika, waar Karel de Vijfde nieuwe koninkrijken laat stichten. Zo krijgt hij een wereldrijk in handen waar altijd wel ergens de zon schijnt.
-
Altijd maar op reis
Als Karel de Vijfde 19 jaar is wordt hij tot keizer van Duitsland gekroond. Hij verdeelt zijn leven tussen Spanje, de Nederlanden en de rest van Europa. Hij kan niet overal tegelijk zijn. Daarom besturen stadhouders de gewesten – ze zijn er de vervangers van de landsheer.
Vriendjespolitiek
Het hof van Karel de Vijfde in de Nederlanden is in Brussel. Daar benoemt hij hoge edelen in de Raad van State, die hem advies moet geven. Slim – zo is de kans klein dat deze mannen zich tegen hem keren! -
Dood aan de ongelovigen!
Veel mensen hebben genoeg van de rijke, arrogante kerk en de paus die niet wil luisteren naar kritiek. Ze noemen zich protestanten – dat komt van het woord protest –, en hun grote voorbeeld is Maarten Luther die vanwege zijn kritiek uit de kerk gezet is. Karel is fel tegen deze kritiek. Voor hem zijn de mensen die niet katholiek zijn ‘ongelovigen’ of ketters.
Op de brandstapel
Onder het bewind van Karel de Vijfde lopen de protestanten in de Nederlanden groot gevaar. De koning laat ze vervolgen en hun boeken en pamfletten verbranden. In 1522 stelt hij de Spaanse inquisitie in: een rechtbank van de katholieke kerk die ketters moet opsporen en bestraffen. Honderden mensen worden onthoofd, verdronken of levend verbrand.
-
Karels treurige einde
Als Karel de Vijfde 55 is wil hij niet langer regeren. Hij is ziek en uitgeput van het vele reizen. Zijn broer Ferdinand heeft stiekem vrede gesloten met protestantse vorsten. Karel voelt dat als een zware nederlaag. Leunend op de jonge Willem van Oranje, die zijn loopbaan begint aan het Brusselse hof, doet Karel de Vijfde afstand van de troon.
Weer jacht op protestanten
Karels broer Ferdinand krijgt het Duitse deel van zijn rijk, zijn zoon Filips II Spanje en de Nederlanden. Karel reist terug naar het land van zijn jeugd, Spanje. Daar gaat hij in een klooster wonen om zich helemaal aan God te wijden en zich voor te bereiden op zijn dood. Drie jaar later, in 1558, sterft Karel de Vijfde.
In de Nederlanden gaat Filips II door met de terreur tegen protestanten. Dit geeft zoveel spanningen dat in 1568 de Tachtigjarige Oorlog uitbreekt tussen de Nederlanden en het Spaanse rijk.
Vensterplaat Karel de Vijfde. Voor docenten: Vensterles groep 7-8 en Onderbouw VO. Illustratie: John Rabou.
Vensterplaat
-
De protestanten en de Beeldenstorm
Protestanten heten zo omdat ze protesteren tegen de pracht en praal van de rooms-katholieke kerk. En tegen de grote verschillen tussen arm en rijk. Ook willen ze vrijheid van godsdienst. Ze worden zo boos dat ze in 1566 de katholieke kerken bestormen. Na drie maanden loopt er een spoor van vernieling door het land. Waarom een beeldenstorm?
Niet alleen in Nederland is er een beeldenstorm, het gebeurt in heel Europa. Heiligenbeelden, glas-in-loodramen en andere religieuze voorwerpen in katholieke kerken en kloosters worden vernield. De protestanten willen al die poespas niet in de kerk. Ze vinden Gods woord in de bijbel (het evangelie) het allerbelangrijkste. De beelden en schilderijen in de kerken leiden de gelovigen alleen maar af. Daarom zien protestantse kerken er veel soberder (kaler) uit dan katholieke.
-
Luther en Calvijn
Maarten Luther (1483-1546) is een Duitse geleerde. Hij is katholiek, maar als hij de bijbel goed leest, wordt hij boos op zijn kerkleiders. Ze laten mensen die slechte dingen doen geld betalen en beloven hen een plekje in de hemel. Luther vindt dat mensen zelf de bijbel moeten lezen. De kerk kan je niet redden, alleen God. Hoe loopt het af met Luther?
In 1517 publiceert Luther 95 discussiepunten over de kerkleer. Hiermee begint de Reformatie: de breuk binnen het christelijke geloof in West-Europa. Luther wil zijn kerk vernieuwen (hervormen), maar de kerkleiders zijn woedend. Ze verstoten Luther. Daarom begint hij een eigen kerk. Met Luther begint eigenlijk het protestantse geloof.
Johannes Calvijn (Zwitserland, 1509-1564) is een andere beroemde theoloog (iemand die het geloof bestudeert). Hij is 8 jaar als Luther zijn discussiepunten (stellingen) publiceert. Calvijn is het eens met de ideeën van Luther en wordt een van de leiders van de nieuwe protestantse kerk.
-
De Spaanse tijd
Karel de Vijfde (1500-1558) is keizer van Duitsland, Spanje en de Nederlanden. Zo'n enorm rijk is een hele verantwoordelijkheid. Op een dag roept Karel V zijn broer Ferdinand, zijn zoon Filips en zijn beschermeling Willem van Oranje bij zich. Hij zoekt een troonopvolger. Wie zal het worden?
Keizer Karel benoemt zijn broer Ferdinand tot keizer van Duitsland. Zijn zoon Filips wordt koning van Spanje en de Nederlanden. Dat is natuurlijk niet erg handig. Nederland en Spanje liggen meer dan 1000 kilometer van elkaar. Keizer Karel vraagt daarom Willem van Oranje om zijn zoon Filips te helpen bij het besturen van de Nederlanden. Willem heeft een kasteel in Breda en kent de Nederlanders goed. Zo gezegd, zo gedaan!
-
Ruzie om het geloof
Koning Filips II (1527-1598) is te streng voor het Nederlandse volk. Willem van Oranje maakt zich er niet druk over of iemand rooms-katholiek of protestants is, alle mensen mogen geloven wat ze zelf willen. Filips is het daar niet mee eens. Hij tolereert alleen het katholieke geloof. Willem en Filips krijgen hier vreselijke ruzie over. Komt het nog goed?
Filips, hij is tenslotte de koning, pakt Willem alles af: zijn land, zijn geld en zijn kastelen. Willem en zijn vrouw Anna vluchten naar Slot Dillenburg in Duitsland, zijn geboorteplek. Het Nederlandse volk is boos en wil Willem van Oranje terug. Maar Willem blijft voorlopig veilig in Duitsland en zal later terugvechten tegen Filips. Het komt dus nooit meer goed tussen die twee.
-
Margaretha van Parma (1522-1586) en de ‘Geuzen’
Margaretha van Parma is de halfzuster van Filips II, de koning van Spanje en de Nederlanden. Maar twee landen besturen die zover uit elkaar liggen is lastig. Filips benoemt Margaretha in 1559 tot landvoogdes der Nederlanden. Dat betekent dat zij het land mag besturen in naam van Filips II.
Filips moet niets hebben van de protestanten en heeft de Inquisitie ingevoerd, de rechtbank van de katholieke kerk. Iedereen die anders over het geloof denkt is een ketter en krijgt de doodstraf. Protestantse en katholieke edelen verzetten zich tegen de bloedige vervolging. In een brief, het Smeekschrift der Edelen, veroordelen zij de Inquisitie. Margaretha van Parma, bang voor onrust, geeft de edelen tijd en ruimte om hun brief aan Filips II in Spanje te overhandigen. Maar haar adviseurs noemen de edelen 'geuzen', dat bedelaars of schooiers betekent. Dit wordt later hun strijdnaam in het gevecht tegen de Spaanse overheersing.
-
Hagenpreken
Een hagenpreek is een kerkdienst in de open lucht. Na de Beeldenstorm (1566) treden de katholieke Spanjaarden streng op tegen de protestanten in Nederland. Ze worden ketters genoemd en mogen hun geloof niet meer belijden. Daarom gaan ze naar de hagenpreken van rondtrekkende predikanten. Bidden in de duinen.
Al vóór de Beeldenstorm houden de protestanten bijeenkomsten in de open lucht. Ze hebben nog geen kerken en moeten zorgen dat de Spaanse overheersers niets in de gaten hebben. In de duinen van het Zeeuwse eiland Walcheren komen in 1566 zo'n 300 mensen af op de eerste grote hagenpreek. Twee dagen later trekt een tweede preek in de buurt van de stad Middelburg zelfs meer dan 1500 gelovigen. In de weken daarna zijn er hagenpreken op verschillende plaatsen in het land.
-
De IJzeren Hertog (1507-1582)
Filips II van Spanje vindt het maar niets, die onrust in de Nederlanden. Na het neerslaan van de Beeldenstorm stuurt hij zijn beste generaal, de hertog van Alva, er met een leger van 10.000 man op af. Vervolgingen, executies en onderdrukking zijn het gevolg. Hoe loopt dat af?
In vijf jaar tijd worden bijna 9000 mensen ondervraagd en veroordeeld voor verraad. Door zijn schrikbewind krijgt Alva de bijnaam IJzeren Hertog. Veel edelen vluchten het land uit, ook Willem van Oranje. Vanuit het buitenland waagt Willem van Oranje met zijn broers meerdere invallen in de Nederlanden. Het antwoord van Alva is niet mis. Verschillende vrienden van Willem worden onthoofd. Uiteindelijk lukt het Alva niet de opstandelingen neer te slaan. Het Spaanse leger lijdt zware verliezen en delen van de Nederlanden worden veroverd door de opstandelingen.
-
De Tachtigjarige Oorlog (1568-1648)
De Nederlanden raken in oorlog met de Spaanse overheersers. Die Tachtigjarige Oorlog bestaat uit meerdere opstanden en gevechten. Tijdens deze oorlog ontstaat er een definitieve scheiding tussen het protestantse Noorden en het katholieke Zuiden van de Nederlanden, dat onder het bewind van Spanje blijft. Wie tegen wie?
In 1588 gaat het protestantse Noorden de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden heten. De Republiek bestaat dan uit de staten: Groningen, Friesland, Overijssel, Gelderland, Utrecht, Holland en Zeeland. Maurits van Oranje (1567-1625), zoon van Willem van Oranje, is dan stadhouder en legeraanvoerder van de Republiek. Samen met Johan van Oldenbarnevelt (1547-1619) maakt hij de Republiek sterker. Maar de strijd in de Nederlanden tegen de Spanjaarden duurt tot 1648 en gaat ten koste van heel veel levens.
Vensterplaat Beeldenstorm. Voor docenten: Vensterles groep 7-8 en Onderbouw VO. Illustratie: John Rabou.
Vensterplaat