Nederlandse grondwet

De Nederlanse grondwet werd het begin van een Nederlandse democratie genoemd.

De grondwet voor het koninkrijk der Nederlanden kwam in 1814 tot stand. Deze wet is de basis voor alle wetten in Nederland. Het regelt alle wetten in Nederland en hierin staan ook de basisregels voor de Nederlandse bevolking. De eerste regel in de Grondwet is: ''alle die zich in Nederland bevinden worden gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, geslacht, ras, of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.''
De grondwet van nu is grotendeels in 1983 ontstaan. In die tussentijd verandert er natuurlijk veel, zo heeft er in 1848 een verandering plaatsgevonden. De conclusie van de verandering is dat de koning minder macht kreeg, de mens juist meer rechten en de ministers waren verantwoordelijk voor alles wat de koning deed. De verandering in 1848 legde de basis voor het huidige stelsel van de parlementaire democratie in Nederland. Niet langer is de koning, maar de ministers verantwoordelijk voor het beleid.
Door de komst van de grondwet veranderde er veel in het koninkrijk der Nederlanden. Voorafgaand had de mens weinig te zeggen en was de koning enorm dominant, maar naarmate er een grondwet tot stand kwam veranderde dat en kreeg ook het volk meer macht.

De rechten van het onderwijs en vrijheid van meningsuiting zijn altijd het meest belangrijkst gebleven, dit stond vast in de grondwet. Dit gaf ook weer een aanleiding voor het ontstaan van de parlementaire democratie.