Margaretha van Parma

Het smeekschrift van de edelen

In 1559 vertrok Filips II voorgoed uit de Nederlanden naar Spanje waar hij al zijn tijd nodig had voor het koningschap.
Hij benoemde zijn halfzus Margaretha van Parma als landvoogdes over de Habsburgse Nederlanden van 1559 tot 1567.

Op 5 april 1566 gaan tweehonderd edelen naar het paleis in Brussel. Ze bieden Margaretha van Parma een smeekschrift aan. Het is een beleefde brief aan de koning. De edelen vragen om verzachting van de plakkaten tegen de ketters. Margaretha wordt bang. Ze vreest dat dit het begin is van een opstand. Ze zegt tegen de edelen dat ze een boodschap gaat sturen naar Filips II. En ze wil alvast de plakkaten minder streng maken. 

Maar Filips II is het hier niet mee eens. De beeldenstorm breekt los en dan wordt Margaretha weggestuurd door Filips II. Zij mag geen landvoogdes meer zijn. 

 

Opdracht

1. Op 5 april 1566 geven tweehonderd edelen een smeekschrift aan landvoogdes Margaretha van Parma. 

Maak zelf een smeekschrift. Zet er zo nauwkeurig mogelijk in waar de edelen om vragen. 

2. Als Margaretha jouw om raad zou vragen, wat zou je haar dan adviseren? Moet ze naar de edelen luisteren? Waarom wel/niet? 

 

Bronnen

Baaijens, P., Blom, P. D., Kalkman, B. & Schans, T. van der. (2013). Venster op Nederland: Geschiedenis voor groep 7. In Venster op Nederland (1ste editie). Groen Educatief.

Willem van Oranje. (z.d.). Canon van Nederland. https://www.canonvannederland.nl/nl/willemvanoranje