de Nationale vergadering

De eerste nationale vergadering was tijdens de Bataafse Republiek. Het was de eerste keer dat het nationaal parlement bij elkaar zat. De hoofdtaak van de Nationale Vergadering was het opstellen van een grondwet. De Nationale vergadering mocht 2 dingen doen. Ze mochten zowel de wetgeving aanpassen en ook nog de wetten uitvoeren. Het parlement bestond uit 126 leden die voor een periode van 18 maanden het parlement vormden. Er waren geen politieke partijen. Elk lid was eigen baas. De leden werden gekozen door 126 districten door middel van verkiezingen. Dit was het moment van de democratie. Wel waren er maar een aantal mensen die mochten stemmen, namelijk alleen mannen die geen militair waren en ook geen bedelaars waren. Ook moesten ze volwassen zijn. Buitenlanders mochten ook niet kiezen. Voor het ontwerpen van een grondwet waren 21 leden uitgekozen die samen de constitutie vormden. Het eerste ontwerp werd door de bevolking afgewezen en daardoor kwam er een tweede Nationale vergadering.

De Nationale Vergadering past mooi in deze canon, omdat dit een begin is van de democratie in Nederland. Het is het begin van het stemrecht. Dat is erg belangrijk geweest voor Nederland.