Grondwet

De grondwet is een opstapeling van vrijheden en rechten. Binnen de grondwet heb je klassieke grondrechten en sociale grondrechten. Klassieke grondrechten zijn de politieke en burgerlijke rechten, zoals: kiesrecht, discriminatieverbod, vrijheid van meningsuiting en godsdienstvrijheid. Sociale grondrechten zijn sociale, culturele en economische rechten, zoals: het recht op huisvesting, gezondheidszorg en onderwijs. In de grondwet staat ook hoe het bestuur is ingericht, zoals: hoe de tweede kamer wordt ingedeeld. Maar ook hoe ministers en staatssecretarissen worden gekozen. Dus hoe de staatsinrichting is. De grondwet is op deze manier een enorm groot fundament voor de rechtstaat en de parlementaire democratie. Het kiesrecht is natuurlijk ook enorm belangrijk voor Nederland en haar burgers. Het kiesrecht maakt het voor iedereen mogelijk met een Nederlands paspoort en die achttien jaar of ouder is te kunnen stemmen voor de vertegenwoordiger naar keuze. Er zijn meerdere momenten waarop kan worden gestemd, zoals: Tweede Kamerverkiezingen, waterschapsverkiezingen, provinciale verkiezingen, gemeenteraadsverkiezingen. Ook een enorm belangrijke vrijheid binnen de rechtstaat is vrijheid van godsdienst, door deze vrijheid mag iedereen geloven wat die wil zolang diegene zich aan de wet blijft houden. Verschillende godsdiensten zijn er in Nederland, bijvoorbeeld: het christendom, het jodendom en de islam. Ook atheïsme (geloven dat er geen god is) is mogelijk.