Peter Johannes Mulder

"D’n old’n dokter"

Tijd van burgers en stoommachines

Peter Johannes Mulder (Avereest 1831) kwam in 1856 als jonge arts uit zijn geboorteplaats Avereest naar Bathmen. Hij vestigde zich als geneesheer en verloskundige in een groot, vrijstaand huis aan de Dorpsstraat, op de plaats van de voormalige boerderij Boevink. Nu staat daar het gebouw van de Rabobank. De derde cholera-epidemie in Nederland in de 19de eeuw, van 1853 tot 1855, met ongeveer 9000 doden doden, was toen net achter de rug. In 1866-1867 volgde nog een epidemie, met ruim 20.000 slachtoffers. Zover bekend zijn er in onze gemeente nooit cholerapatiënten geweest, maar het is wel bekend dat het gemeentebestuur maatregelen trof voor het geval dat die er zouden komen. Zo werd in 1866 een choleracommissie benoemd, onder voorzitterschap van dokter Mulder, met leden in het dorp en in de buurschappen.

Huisbezoek

De dokter bezocht zijn patiënten per koets; jarenlang was Gerrit Jan Olthof zijn koetsier. Tot op hoge leeftijd is dokter Mulder praktiserend arts gebleven: "d'n old'n dokter" werd hij dan ook door iedereen genoemd. Hij kreeg in 1906 hulp van een tweede huisarts. Dokter J.H.C. Deelken kwam in april van dat jaar naar Bathmen en bleef hier tot begin 1910. Dokter Mulder werd in 1907 nog benoemd tot gemeentelijke lijkschouwer en bij ongevallen trad hij tot in 1912 op als behandelend arts.

Kartrekker

Achter de schermen was dokter Mulder initiator van verschillende instellingen. Zo vervulde hij in 1905 een voortrekkersrol bij de totstandkoming van de Coöperatieve Zuivelfabriek. Vanaf het begin had hij zitting in de Raad van Commissarissen. Hij was ook nauw betrokken bij de oprichting van de Boerenleenbank, eveneens in 1905. In eerste instantie werd hij daar voorzitter van de Raad van Toezicht, maar toen kort na de oprichting de voorzitter van het bestuur, burgemeester J. Vitringa, overleed, volgde hij hem op als bestuursvoorzitter. Op initiatief van dokter Mulder en burgemeester A. Bontekoe werd in 1906 de Bathmense afdeling van het Groene Kruis opgericht. Dokter Mulder werd benoemd in het eerste bestuur. Ter gelegenheid van zijn tachtigste verjaardag in 1911 schonk hij het Groene Kruis een gebouw voor de opslag van materialen. Dat staat er nog, naast de kosterswoning, maar is niet meer als zodanig in gebruik. Jarenlang verzorgde het kostersechtpaar de uitgifte van materialen.

Hoge leeftijd

Omstreeks zijn 80ste verjaardag werd een portret van dokter Mulder geschilderd, dat nu in het bezit is van de Oudheidkundige Kring. Voor de viering van zijn 90ste verjaardag in 1921 werd een speciaal comité gevormd om de feestelijkheden voor te bereiden. Een foto van de dokter te midden van de feestvierders verscheen zelfs in een landelijk tijdschrift. Dokter Mulder overleed op 18 december 1922. In de Noorderenk is een straat naar hem vernoemd.