Kerken en kloosters

Tijd van monniken en ridders

Kerken

Al vanaf 1000 staan er kerken in Waterland. Ze hadden een belangrijke rol in de samenleving. Er waren rituelen in de kerk bij doop, huwelijk en begrafenis. Door de kerkklok werd het ritme van het dagelijks leven bepaald. Als je de klok hoorde wist je hoe laat het was. De eerste kerken waren eenvoudige houten kerken. Hiervan is niks bewaard gebleven. In Assendelft zijn bij opgravingen resten gevonden van een houten kerkje. Veel van de houten kerken zijn later vervangen door stenen kerken. Een goed voorbeeld is de kerk in Zuiderwoude. De kerk kwam niet altijd weer op dezelfde plaats te staan. Ook zijn er kerken verdwenen door overstromingen. Dit was bijvoorbeeld het geval in Warder en Etersheim.

Het eerste klooster in Waterland

Door heel Waterland stonden kloosters. Hier leefden mensen samen die het geloof centraal stelden. Mannen die in een klooster woonden heten monniken en vrouwen nonnen. Maar de bewoners van het klooster waren ook maatschappelijk betrokken. In Waterland speelden de monniken waarschijnlijk een rol bij de aanleg van de dijken. Het eerste klooster in Waterland stond in Marken, hier woonden alleen mannen. In 1235 werd dit gesticht en het was een uithof van het klooster Mariëngaarde bij Hallum in Friesland. In Monnickendam was er nog het huus van de monniken te vinden.

Stadskerken

In de plaatsen Edam, Monnickendam en Purmerend kwamen steeds meer inwoners. Met de groei van de steden groeide ook de kerk. De kerk werd groter en er kwamen steeds meer gelovigen. Ze gingen niet alleen voor hun geloof naar de kerk. Ook voor een praktisch advies van de pastoor of ondersteuning bij armoede of ziekte kon je bij de kerk terecht. In de stad waren de mensen heel trots op hun kerk. De kerk was vaak heel groot en ontzettend mooi om te zien. Het was een goede plek om bijvoorbeeld een afspraak te maken met een koopman uit een andere stad.

Stadskloosters

In de stad waren naast de kerken ook kloosters. Niet alleen van monniken maar ook van nonnen. De bewoners van de kloosters speelden een belangrijke rol in het sociale leven van een stad. Ze hielden zich bezig met de verpleging van zieken, opvang van wezen en het geven van onderwijs. In 1403 kreeg Monnickendam een vrouwenklooster Mariëngaarde, dit lag naast de St. Nicolaaskerk. In Overleek was vanaf 1431 het mannenklooster Galilea Minor te vinden. Een belangrijke taak van de monniken hier was schrijfwerk.

Andere kloosters waren het vrouwenklooster St. Ursula op de Koestraat in Purmerend en in Edam het St. Maria Magdalenaklooster naast de Grote Kerk.