Gediene van Temoat

Klederdracht in Rijssen

Tijd van televisie en computers

Zelfde kleding

Hoe zou het zijn als je iedere dag dezelfde kleding droeg? Misschien lekker makkelijk: je hoeft nooit na te denken wat je aan moet trekken. Of misschien zou je het een beetje saai gaan vinden, steeds weer diezelfde broek of rok. Tot het begin de 20ste eeuw was het heel gewoon om altijd dezelfde kleding te dragen. Alleen de kleding voor zondag was anders; dan gingen de Rijssenaren naar de kerk. Deze vorm van kleden, noem je klederdracht.

Handig

De dagelijkse dracht, waarin de vrouwen in huis aan het werk waren, was vooral praktisch. Ze droegen drie rokken over elkaar heen: eerst een rok van wit katoen, daarna een zwarte wollen tussenrok en eroverheen nog een zwarte wollen overrok. Daar boven droegen ze een jak, van dezelfde stof als de rok. Onder de rokken zat een zak verstopt, waarin de vrouwen hun zakdoek en andere kleine spulletjes konden opbergen. Over de kleding ging een schort.

Muts

Op hun hoofd droegen de vrouwen een knipmuts. Bij feestelijke gebeurtenissen werd de knipmuts verruild voor een kanten muts met bloemmotieven. Als er iemand overleed, droegen de vrouwen een witte muts.

Herkenbaar

Klederdracht werd vooral op het platteland gedragen. Je kon vaak aan de kleding zien uit welk dorp iemand kwam.

Wie nog?

De mensen in Rijssen dragen geen klederdracht meer. Gediene van Temoat (1908-2007) was de laatste vrouw uit Rijssen die de traditionele kleding droeg. De kleding van vroeger wordt nu alleen nog tevoorschijn gehaald tijdens feesten die met de geschiedenis van Rijssen te maken hebben.