De Munsterkolk

Bezet door Bommen Berend

Tijd van regenten en vorsten

In de tweede helft van de 17de eeuw had de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden naast drie zeeoorlogen met Engeland ook te maken met twee Munsterse oorlogen. De prins-bisschop van Munster zag zijn kans schoon om tijdens de Tweede en de Derde Engelse Oorlog zijn positie aan de oostgrens van de Republiek te versterken. De Regge was een geschikte waterweg voor wapen- en troepenvervoer. Zeker in het Rampjaar 1672, toen de Republiek behalve met Engeland ook nog in oorlog was met Frankrijk en Keulen, hebben de Munsterse troepen in het oosten van onze provincie danig huisgehouden. Groenlo, Bredevoort, Coevorden en Groningen zijn door de bisschop belegerd en ook Rijssen maakte kennis met zijn niet al te vriendelijke manier van optreden.

Bezetting

De bisschop van Munster, Berend van Galen, plunderde Rijssen vlak na de jaarwisseling in 1666 én in 1672. De strategisch belangrijke brug over de Regge had het beide keren zwaar te verduren. Van de brug bleef geen enkele pijler overeind. "De Munstersen hadden slechts vermaak in het onderuit halen van de pijlers". De bisschop van Munster beschouwde zichzelf als de nieuwe landheer van deze gebieden en nam een aantal maatregelen, zoals het weer invoeren van de rooms-katholieke godsdienst en het verbod op het houden van protestantse erediensten. De dominee moest weg uit Rijssen en in Holland in ballingschap gaan, zoals veel predikanten uit deze omgeving. Rijssen had weer 2 jaar lang een pastoor, Joannes Swerinck. De Schildkerk werd intussen gebruikt als paardenstal van de cavalerie.

Plundering

Van Galens soldaten stalen als raven. De buit van een veroveraar gold in die tijd als onderdeel van de soldij van de soldaten. Om aan vlees te komen werd er van menige Rijssense boer een koe gevorderd die in de magen van de Munstersen verdween. Naast vele andere bijnamen, leverde dat de prins-bisschop ook nog de bijnaam Berendje de Koodeef op. De prins-bisschop had een grotere voorkeur voor kruitdamp dan voor de geuren van het wierookvat. Zo kwam hij aan zijn bijnamen als Bommen Berend en Kanonenbischof. Uit deze bijnamen blijkt Van Galens duidelijke voorkeur voor het leger, met name de artillerie.

Munsterkolk

Uiteindelijk liepen Van Galens aanvallen en veroveringen op niets uit. Na grote verliezen te hebben geleden moest hij zich terugtrekken. Ook Bernhard van Galen koos eieren voor zijn geld. Hij sloot, evenals Engeland en Keulen, in 1674 vrede met de Republiek. Hij liet het oosten van het land verwoest en geplunderd achter. Het is allesbehalve een goudomrande eeuw voor de inwoners van onder meer Rijssen. Geen wonder dat de angst, waarin de bevolking toen leefde, resulteerde in een aantal mysterieuze verhalen rond de figuur van de prins-bisschop en zijn leger. Het spook van Bern-hard van Galen waart nog altijd rond op de heide bij Bentheim om nachtelijke reizigers de stuipen op het lijf te jagen. Een Munsterse soldaat, die onder sauvegarde (vrijgeleide) in de stad was achtergebleven, heeft verraad gepleegd. De Rijssense bevolking is toen zo woedend geweest, dat zij hem in een kolk bij de wallen zou hebben gegooid, de zogenaamde Munsterkolk, op de hoek van de Huttenwal en de Boomkamp. Tezamen met het Munsterpad herinnert deze kolk nog aan het verblijf van de Munsterse troepen in Rijssen.