Kanonnen in Diemen

Zwaar geschut op Diemens bodem, kustbatterij Bij Diemerdam

Als toegangsweg naar Amsterdam was de Diemerzeedijk eeuwenlang van groot strategisch belang en er is menigmaal fel om gevochten. In de 19de eeuw werd bij Diemerdam een kustbatterij aangelegd. Die was vooral bedoeld om een vijandelijke, met oorlogsschepen uit te voeren, aanval op Amsterdam te kunnen afslaan.
Het leger van de Spaanse

Het leger van de Spaanse hertog van Alva was in 1572 over de Diemerzeedijk opgerukt en ook het Pruisische leger, dat in 1787 Amsterdam wilde innemen, had aanvankelijk de dijk als marsroute willen gebruiken. Maar het koos voor een omtrekkende beweging, mede omdat het bij Muiden op hevige tegenstand stuitte. Westelijk van Muiden, op de dijk bij Diemerdam, stond een batterij kanonnen opgesteld, die het de Pruisen ook nog knap lastig had kunnen maken. Die kanonnen stonden gericht naar het oosten, zoals ook de verdedigingswerken bij de Vinkenbrug en het Weespertolhek bedoeld waren om een aanval op Amsterdam vanuit het oosten af te slaan. In de 19de eeuw zouden de forten bij Muiden en Weesp die taak overnemen. Die forten maakten deel uit van de zogenoemde Stelling van Amsterdam: een waterlinie ter verdediging van Amsterdam, grotendeels aangelegd tussen 1885 en 1914. Deze heeft een lengte van ongeveer 135 kilometer en telt meer dan 40 forten en batterijen.

De vóór deze linie gelegen landerijen konden in geval van oorlog onder water worden gezet (geïnundeerd) en dat maakte de Stelling van Amsterdam buitengewoon effectief. Een batterij is een opstelling van diverse stukken geschut (kanonnen) gericht op een bepaald doel. Anders dan een fort is een batterij een vestingwerk dat niet zwaar genoeg is versterkt en voldoende bemand om vijandelijke aanvallen af te slaan, artilleriebeschietingen te weerstaan of het passeren van vijandelijke troepen via een weg, rivier of spoorlijn te beletten. Een van die batterijen is de Kustbatterij bij Diemerdam, gelegen achter de Diemerzeedijk, ten oosten van de Derde Diem, vlak bij de Diemerdammersluis. In de volksmond wordt deze batterij ook wel Fort Diemerdam genoemd. Het is het meest opvallende militaire object op Diemens grondgebied maar het is dus geen fort in de eigenlijke zin van het woord.

Op drie geschutplatformen stonden drie zware kanonnen opgesteld: hun vuurmonden waren niet naar het oosten gericht maar naar het noorden. De Kustbatterij bij Diemerdam vormde samen met het Forteiland op Pampus en de Kustbatterij in Durgerdam aan de overkant van het IJ, een verdedigingslinie die het binnendringen van vijandelijke oorlogsschepen tot op het IJ voor Amsterdam moest voorkomen. De Kustbatterij bij Diemerdam is aangelegd op een dikke laag zand, om verzakking van de zware betonnen gebouwen te verhinderen. Het hele terrein is voorzien van zogenaamde aardwerken, die ervoor zorgden dat het geheel goed gecamoufleerd was en voldoende beschuttingsmogelijkheden boden bij beschietingen. Op het terrein zijn nu nog zichtbaar aanwezig: een fortwachterswoning, waar de beheerder van de batterij met zijn gezin woonde; voorts vier munitiebunkers, waarin de granaten voor de zware kanonnen lagen opgeslagen en ook nog een ‘remise’, waarin onderdelen van het geschut stonden opgesteld. De geschutplatformen I, II en IIII zijn open, halfronde betonconstructies. De aanvankelijk daarin opgestelde kanonnen (zie de foto) hadden een kaliber van 24 cm (de diameter van hun granaten). Na 1898 werden zij vervangen door kanonnen met een lichter kaliber. Inmiddels was duidelijk geworden dat geen enkele denkbare vijand in die tijd over het soort oorlogsschepen beschikte dat enerzijds zwaar genoeg was voor een effectieve aanval op Amsterdam en anderzijds door zijn geringe diepgang de toenmalige Zuiderzee kon bevaren.

De Kustbatterij bij Diemerdam heeft nooit een vijandelijk schip onder vuur hoeven te nemen maar het werd in de beide wereldoorlogen wel bemand. Tijdens de mobilisatie van 1939-1940 had het Nederlandse leger hier een afdeling zoeklichten om ’s nachts vijandelijke vliegtuigen op te sporen. Na de capitulatie van het Nederlandse leger op 14/15 mei 1940 kwam er een Duitse bezetting op het fort. Sinds de jaren ’90 maakt de Kustbatterij Diemerdam, samen met de gehele Stelling van Amsterdam, deel uit van het Unesco Werelderfgoed.

John Cuijpers

Verder lezen: Peter Kant, Peter Saal, Rob Schimmel en Jaap de Zee, De stelling van Amsterdam. Vestingwerken rond de hoofdstad 1880-1920, Beetsterzwaag z.j.

Komt in de tijd overeen met: Tijd van burgers en stoommachines en Tijd van wereldoorlogen.

Zie ook Canon van Nederland: De patriotten enDe Tweede Wereldoorlog en 

https://www.stellingvanamsterdam.nl/nl