Oldruitenborgh

Opbloei en einde van de bestuurstraditie

Tijd van burgers en stoommachines

Op zondagen is park Oldruitenborgh een geliefde wandelplaats voor de inwoners van Vollenhove. In het voorjaar staan de tuinbeelden "Adam en Eva" aan het begin van de Donkere Allee tussen het wit, geel en lila van duizenden bloeiende stinsenplanten. "Kiepen en hanen" (voorjaarshelmbloem en holwortel) kondigen er van generatie op generatie het voorjaar aan. Niet zo gek dat de Vollenhovenaar "de bos" als zijn paradijs ervaart…

Landgoed

Het statige Oldruitenborgh, in het Vollenhoofs bekend als "de Rutenbarg", vormt het middelpunt van een landgoed aan de rand van het stadscentrum. Het is in oorsprong een middeleeuws huis (eerste vermelding in 1438) van het adellijke geslacht Van den Rutenberg en ontleent zijn naam aan deze familie. Het huis vererfde in 1755 via de Van Echtens op de familie Sloet. Met Oldruitenborgh werd een bloeiende tak aan de lotenrijke stam van de Sloeten toegevoegd. Onder de nieuwe eigenaren kreeg het huis zijn streng classicistisch uiterlijk. Door aankoop van aangrenzende havezategoederen van Toutenburg, Benthuis en Nijerwal kon een landgoed worden gevormd die zich over de stadsgracht heen tot aan de Laan van Toutenburgh in het Ambt uitstrekte. Op dit uitgebreide terrein werd rond 1800 een landschappelijk tuin aangelegd. De Sloeten raakten dusdanig met het huis geëngageerd dat de havezatenaam vast achter die van de familie werd geknoopt.

Gemeentehuis

Het landgoed bleef privé-domein totdat het in 1947 werd aangekocht door de gemeente Vollenhove, om onderdak te bieden aan het gemeentelijk apparaat. In 1942 was deze gemeente gevormd uit de gemeenten Stad en Ambt Vollenhove. Een eerdere samensmelting van deze twee (als Stad en schoutambt Vollenhove, maar zonder Blokzijl) in 1811 was na een ongelukkig huwelijk van 7 jaar weer ontbonden. Van 1942 tot 1947 had het oude raadhuis van de stad dienst gedaan als gemeentehuis, maar dit bleek te klein om het uitgedijde ambtenarencorps te bergen. Een grondige restauratie in de jaren zestig, waarbij het oude bouwhuis aan de westkant werd gesloopt om plaats te maken voor verlenging van het huis, maakte het tot een modern en ruim gemeentehuis.

Fusiegemeenten

Die ruimte bleek nodig, want een herindeling en opschaling van negen gemeenten in de Kop van Overijssel in 1973 had de totstandkoming van drie gemeenten als uitkomst: Brederwiede, IJsselham en Steenwijk, waarvan de eerste zijn zetel kreeg in Vollenhove. Na het opheffen van het drostambt in 1811 en het kantongerecht in 1877 was de oude rechts- en bestuurstraditie in Vollenhove afgebrokkeld. De vorming van Brederwiede blies deze weer een beetje leven in. Oldruitenborgh was hiervan het kloppende bestuurlijke hart.

Einde bestuurscentrum

Maar de schaalvergroting zette door. Het waterschap Vollenhove fuseerde met Drentse waterschappen achtereenvolgens in 1996 tot Wold en Wieden en 4 jaar later tot het waterschap Reest en Wieden. Dijkgraaf en heemraden verlieten na zo'n 650 jaar de bakermat van deze organisatie en vestigden zich eerst in Steenwijk en naderhand in Meppel. Een veel gevoeliger klap nog kreeg de stad in 2001 te verwerken met het samengaan van de drie fusiegemeenten van 1973. Gek genoeg keerde hiermee, op Zwartsluis ten noorden van het Meppelerdiep na, het bestuursdistrict van het vroegere drostambt terug. Vanzelfsprekend werd gekozen voor Steenwijk als verreweg de grootste woonkern om het bestuur van de nieuwe gemeente te huisvesten. Minder vanzelfsprekend en tekenend voor het gebrek aan historisch besef was de keuze voor Steenwijkerland als naam van de nieuwe gemeente.

Conferentieoord

Het leeggekomen Oldruitenborgh werd door de gemeente verkocht en kreeg een nieuwe bestemming als sfeervolle en luxueuze accommodatie voor besloten ontvangsten van particuliere en zakelijke aard. Dit gaf een nieuw elan aan het landgoed, dat als gemeentehuis met zijn ambtelijke bedrijvigheid tijdens kantooruren veel aan levendigheid had verloren. Sinds Oldruitenborgh in gebruik was genomen als gemeentehuis was het een gewilde trouwlocatie. Die functie heeft het behouden. Met ondersteunende functies in Benthuis en het koetshuis als gastenverblijven en de orangerie als eetgelegenheid bruist het vroegere familiegoed de hele dag en week door van activiteiten.

"De bos"

Voor de omgeving, het monumentale park, dat met het huis als landgoed één geheel vormt, is in 2009/10 een grondige renovatie uitgevoerd. Daarbij is het behoud en waar mogelijk herstel van het historisch ontwerp als uitgangspunt genomen en tegelijk het bereiken van samenhang tussen oude en nieuwe elementen, vergroting van de natuurlijke waarden en een aantrekkelijk publieksgebruik nagestreefd. Jarenlange verwaarlozing van het monumentale park is hiermee goedgemaakt. Oldruitenborgh met zijn nieuwe bestemming en het park na zijn renovatie hebben een kwaliteitsimpuls aan de stad gegeven die de bittere pil van het vertrek van het gemeentelijke apparaat heeft helpen slikken.
In de hal van Oldruitenborgh herinneren wapenborden van de families Sloet en Gansneb genaamd Tengnagel aan vroegere bewoners. De huidige eigenaar Ch. Schokker heeft deze traditie voortgezet en zijn wapenschild naar voorbeeld van zijn illustere voorgangers laten snijden en erbij gehangen.