Gondelvaarten en corso’s

Optochten over water en land

Tijd van wereldoorlogen

Een groot feest barstte los toen in de dagen na 31 januari 1938 het nieuws zich verspreidde dat er een prinsesje geboren was. Met Beatrix, het eerste kind van prinses Juliana en prins Bernhard, was er een toekomstige troonopvolgster. Het voortbestaan van de monarchie was daarmee voor lange tijd veiliggesteld. Overal in de regio luidden de klokken, kinderen verlieten juichend de school, vlaggen gingen in top en feestelijke optochten met medewerking van de plaatselijke fanfare vonden plaats.

Christelijke Oranjevereniging

In deze feestvreugde gingen de inwoners van het waterdorp Belt-Schutsloot over tot de oprichting van een lokale Christelijke Oranjevereniging (COV). Op de eerste vergadering op vrijdagavond 18 februari 1938 werd een bestuur geformeerd en gaven zich van de 50 aanwezigen direct 48 personen als lid op. De contributie bedroeg voor hoofden van gezinnen f 0,15 per maand, terwijl overige gezinsleden en alleenstaanden f0,10 per maand betaalden. De COV stelde zich als doel "om door het organiseren van Oranjefeesten op Nationale dagen, en door het beleggen van bijeenkomsten als mede door andere geoorloofde middelen leiding te geven aan de volksuiting van sympathie voor en verknochtheid aan het huis van Oranje".

Gondelvaart

Belt-Schutsloot had tot eind jaren '50 geen vaste doorgaande weg en vrijwel al het vervoer gebeurde over water, net als in Giethoorn. Daar gingen vanaf het begin van de 20ste eeuw de kinderen op de eerste schooldag, begin september, op versierde en verlichte boten naar school. Nadat in 1929 de grachten waren uitgebaggerd, ontstond er een onderlinge competitie met de mooist versierde gondels. Waarschijnlijk hierdoor geïnspireerd organiseerde de Oranjevereniging in Belt-Schutsloot een zomeractiviteit ter ere van de verjaardag van koningin Wilhelmina. De eerste Beltiger gondelvaart in 1938 bestond uit twee boten, de een met de schoolkinderen en de andere met de leden van muziekvereniging Excelsior. Men voer vanaf de school 's ochtends en 's avonds de route die nu nog steeds gevaren wordt, plus een extra ronde bij 't Oostende.

Bokkentrekkers

De oorlogsjaren 1940-1945 brachten een abrupt einde aan de gondelvaart. Na de Bevrijding stond het dorpsfeest echter snel weer op de agenda. Onderwerpen als "Den Vaderlant Ghetrouwe" en "Nederlandsch Historie" werden op de gondels uitgebeeld, waarbij de liefde voor het vorstenhuis zo kort na de oorlog duidelijk naar voren kwam. Omdat de bodem van de Schutsloot nogal modderig was, kon men de boten niet met vaarbomen voortbewegen. Zodoende werden jaarlijks zogeheten "bokkentrekkers" aangesteld, sterke jonge mannen die de vaartuigen met touwen voorttrokken. Tussen de rondvaarten in hield men volksspelen, waar het hele dorp aan mee kon doen.

20.000 bezoekers

De gondels werden in de loop der jaren steeds groter en beeldden diverse taferelen uit. Aanvankelijk werden ze in één dag opgebouwd, omdat een bok niet langer van de boeren kon worden geleend. De versierselen bestonden veelal uit linten, papier, groendecoratie en hout. Later experimenteerde men met nieuwe materialen en duurde het bouwproces langer. Na de opening van de Belterweg in 1959 werd Belt-Schutsloot beter bereikbaar en kwamen er steeds meer toeschouwers. De eerste met dahlia's versierde bloemengondels deden eind jaren '70 hun intrede. Sinds de jaren '80 trekt het evenement jaarlijks tussen de 15- en 20.000 bezoekers. In 1995 kwam er zelfs een pendeldienst die het publiek vanaf de Blauwe Handseweg naar Belt-Schutsloot kon brengen. De laatste jaren varen er tussen de tien en dertien gondels mee tijdens de gondelvaart. Het dorpsfeest, dat ooit zo klein begon, is tegenwoordig niet meer weg te denken en maakt vast deel uit van de feestcultuur in het Land van Vollenhove.

Zomerfeesten

De maand augustus staat in de regio bol van de jaarlijks terugkerende zomerfeesten. Met de gondelvaart in Dwarsgracht wordt in het eerste weekend het spits afgebeten. Een week later is het de beurt aan de gondelvaart van Belt-Schutsloot. Daarna zijn er achtereenvolgens de bloemencorso's in Sint Jansklooster en Vollenhove, waarbij geen sprake is van gondels, maar van grote met dahlia's versierde praalwagens die door het centrum van het dorp of de stad rijden. In Kalenberg zijn de rollen tegenwoordig omgedraaid. Het publiek staat niet meer als voorheen aan de waterkant te kijken naar voorbijvarende gondels, maar stapt juist zelf in een boot om een lichttour te maken langs diverse verlichte objecten en tuinen. Vaak gelijktijdig met het corso in Vollenhove is er de gondelvaart in Giethoorn. Dit is verreweg de oudste gondelvaart in de regio en bestaat al ruim 100 jaar.

De varende optochten met gondels zijn een typische vorm van volksvermaak en een belangrijk bindend element in de verschillende waterrijke dorpen.