Verzetsstrijdster mw. Kempkes

Tweede Wereldoorlog

Tijd van wereldoorlogen

De intocht van de Duitse troepen op 10 mei 1940 leidde in het dorp tot grote verslagenheid. Langs de grens waren er ook toen veel verbindingen met het buurland. Boeren uit Buurse deden zaken met boeren uit Alstätte. Er werden "grensoverschrijdende" huwelijken gesloten. Zo woonden er bij het uitbreken van de oorlog in Haaksbergen meer dan 60 duitse vrouwen. Zij hadden hier hun werk, vaak als dienstmeisje. Of waren met een nederlandse man getrouwd. Ook waren er joodse Duitsers die naar Nederland waren gevlucht.
De oorlog verstoorde de samenleving wreed. Door 5 jaren bezetting verloren 115 Haaksbergenaren hun leven, onder wie 21 weggevoerde joodse mensen. Haaksbergen telde in 1940 een kleine 10.000 inwoners. Velen van hen verdienden hun boterham in de agrarische sector, in winkels en bedrijven, vooral in de textielindustrie. Bijna ¾ van de inwoners was katholiek. Verschillen tussen geloofsgroepen speelden een rol, maar in een dorp waarin iedereen elkaar kende, voelde men zich toch vooral Haaksbergenaar. Dat gold ook voor de 54 joodse inwoners. Na de inval eisten de Duitsers tientallen openbare en andere gebouwen op en 141 particulieren moesten Duitse militairen bij hen in huis nemen. De joodse medeburgers werd het normale leven onmogelijk gemaakt. Ze mochten niet bij de overheid werken en nergens meer naar toe: niet naar de bibliotheek, niet naar het zwembad, niet naar cafés of restaurants. Het lidmaatschap van verenigingen werd hun verboden, hun kinderen mochten niet meer naar gewone scholen. Joodse winkeliers moesten hun zaak sluiten. Bedrijven konden niet meer normaal draaien.

Verzetsstrijders

In april 1943 moesten alle joden Haaksbergen verlaten om op transport te worden gesteld naar vernietigingskampen in Duitsland. Voor 33 joodse inwoners was dit reden om onder te duiken. In het buitengebied was het risico om onderduikers te verbergen kleiner dan in het dorp. Bij de afgelegen boerderij van boer Derk Johannes Brand bij Buurse werden liefst 12 onderduikers opgevangen. In het dorp waren er ook mensen die tegen de verordeningen van de bezetters durfden in te gaan. Een van de dappere verzetsstrijders was mevrouw Lida Kempkes-Smits, de vrouw van de horlogemaker aan de Blankenburgerstraat 10. "Niet kletsen, maar je van de domme houden", zo blufte zij zich overal doorheen. Zij was een van de spillen in het netwerk dat onderduikers hielp. Zo had zij in haar gezin een baby van joodse ouders opgenomen. In haar huis was een kamer gevorderd voor een Duitse officier. Die heeft nooit geweten dat in de kamer tegenover hem een lid van een knokploeg uit Almelo ondergedoken zat. Na de oorlog was ze verbitterd. "Hebben de mensen dan niets geleerd? Is het allemaal voor niets geweest?" Ze weigerde aanvankelijk een kruisje voor haar betoonde moed. Israël kende haar voor haar hulp aan ondergedoken joden op 27 oktober 1999 postuum de zeer hoge onderscheiding Yad Vashem toe. Haar naam staat in Jeruzalem in een muur gebeiteld.

Auschwitz

Van de 21 joodse Haaksbergenaren die naar concentratiekampen waren afgevoerd, keerde niemand levend terug. Slager Jopie de Lieme en zijn familie werden als eersten opgepakt, nadat zij zich eerst schuil hadden gehouden in een hutje in het Lankheterbos. Ook het gezin van slager Salomon Frankenhuis kwam om in de gaskamers. Hij had geweigerd onder te duiken, omdat hij zijn gezin bij elkaar wilde houden. Zijn jongste dochter Betsie was met haar 9 jaar het jongste Haaksbergse slachtoffer van de jodenvervolging. Naast de synagoge staat een standbeeldje van haar. Voor het winkel/woonhuis aan de Blankenburgerstraat 7 liggen in het trottoir Stolpersteine. Dat zijn kinderkopkeitjes met een messing naamplaatje van mensen die door rassenvervolging om het leven zijn gebracht. Stolperstein is een Duitse term voor struikelsteen, omdat je als vanzelf omlaag gaat kijken. Op 1 april 1945 reden om 11 uur 's morgens Engelse tanks via de Eibergseweg de Markt op. Haaksbergen was weer vrij. Het zou jaren duren voordat de verstandhouding met de bewoners van het buurland zich zou normaliseren.