Vertier en vermaak

Tijd van wereldoorlogen

Carnaval en kermis zijn eeuwenlang populaire feesten in de Langstraat. Heel wat huwelijken vinden hier hun oorsprong. Ondanks kritiek uit kerkelijke kring op deze losbandige feesten.

Het Katholieke zuiden heeft de naam dat de mensen er goed kunnen feesten. Al dan niet in combinatie met alcoholische dranken. Deze beeldvorming zal vast ontstaan zijn door de uitbundigheid waarmee door de eeuwen heen carnaval en kermis werden gevierd. Het calvinistische noorden kijkt daar altijd met verbazing en afkeuring naar. De wenkbrauwen gefronst voor zoveel losbandigheid, of is er sprake van een heimelijke jaloezie? Is het misschien een vlucht uit het alledaagse? Eenenvijftig weken hard werken en dan één week alle zorgen vergeten? Voor velen is dat in het verleden zeker zo. Maar de mensen zoeken de gezelligheid ook op andere manieren.

Zo'n honderd jaar geleden is de wereld voor Waalwijkse, Sprangse en Waspikse mensen een heel stuk kleiner dan tegenwoordig. Letterlijk zelfs. Geen televisie die het landelijk en wereldnieuws in de woonkamer brengt, geen vakanties naar zonnige oorden, geen auto's voor werk elders of dagjes uit. Geen attractieparken. Het leven speelt zich dicht bij huis af. Dus ook het zoeken naar gezelligheid en ontspanning.

'Kende gij al rikken, of alleen nog maar jokeren?' Veel kinderen leren deze kaartspelletjes al op jonge leeftijd. 's Avonds bij het licht van de petroleumlamp en later een gloeilamp zitten familieleden en buren gebogen over hun kaarten. Zwijgend tijdens het spel, want zo zijn nu eenmaal de spelregels. Maar voordat de kaarten op tafel komen, tijdens het delen of na afloop wordt er volop gepraat; de kaarters vertellen nieuwtjes over de buurt, tappen moppen, delen verdriet en lachen veel samen. Sommigen hebben meer dan één kaartgroepje op vaste dagen in de week. De ene keer komt alleen koffie op tafel, de andere keer ook een borreltje of advocaatje. Niet te veel en echt laat wordt het meestal niet want de volgende ochtend is het immers weer werken geblazen.

Niet voor niets ontstaan talrijke verenigingen op het gebied van muziek, toneel en zang. In Waspik wordt al in 1881 een harmonie opgericht. Deze krijgt de welluidende naam Volksvlijt en Volksvermaak. De harmonie speelt bij manifestaties, plechtigheden in de open lucht, optochten en kermisfeesten. De leden ontmoeten elkaar op repetitieavonden en vinden er ongetwijfeld ook veel gezelligheid onder elkaar. Ook de Waalwijkse harmonie Hertog Jan en Marijke uit Sprang Capelle musiceren al decennia voor eigen en ieders vermaak. De laatste speelt kort na haar ontstaan in 1947 bijvoorbeeld bij de thuiskomst van de Indiëgangers.
In vroeger tijden spelen deze muziekkorpsen veel vaker voor de lokale bevolking. Aan de binnenhaven van Capelle staat vanaf de jaren dertig tot de jaren zestig van de vorige eeuw een muziektent waar muziekvereniging Kunst na Arbeid regelmatig uitvoeringen geeft. Architect Kropholler ontwerpt naast zijn beroemde Raadhuis op het Raadhuisplein ook niet voor niets een kiosk waar muziekuitvoeringen kunnen plaatshebben. De destijds vrijstaande kiosk is getooid met een fraaie lier/harp. Zo vormt het Raadhuisplein decennia het decor voor vele officiële gelegenheden, feesten en intochten. De burgemeester op het bordes, de muzikanten in de kiosk.

Stel dat er een graadmeter is die gezelligheid kan meten, dan heeft zeker de kermistijd ontelbare decennia de hoogste score gehaald. Met carnaval als goede tweede. Een heel jaar lang leven mensen er naar toe en sparen ze voor deze feestdagen. Volop muziek, eten en drinken. Wat een contrast met de overige 51 weken. In Waalwijk is het feest in juli, in Waspik eind augustus. Jong en oud ontmoeten elkaar op de kermis; het is een drukte van jewelste. Romances ontstaan er en helaas - als er te veel alcohol wordt genuttigd - ook vechtpartijen. De pastoors waarschuwen van tevoren voor te veel drank en/of losbandigheid. Danspartijen waar 'ongelijke' personen elkaar ontmoeten (lees aanraken) zijn de kerk een doorn in het oog. Alleen bij kermisdagen staat de kerk dit toe, mits 'het vrouwvolk voor donker thuis zou zijn'.

Zo'n honderd jaar geleden wordt de kermis uitgebreid met wat wij tegenwoordig attracties noemen. Nieuwsgierig als mensen zijn, showt de kermis ook rariteiten. Dwergen doen kunstjes en de vrouw met de baard trekt ook drommen volk. Het hedendaagse circus met artiesten en wilde dieren als beren, apen en leeuwen begint als kermisattractie. Uitvindingen als elektrisch licht, de toverlantaarn met dia's van verre landen en vreemde mensen, de grammofoon en film worden allemaal op de kermis aan het volk getoond. De zuinig gespaarde centen worden dan ook graag uitgegeven om met al dit nieuws voor het eerst kennis te maken. In Waalwijk is in de jaren twintig van de vorige eeuw tijdens de kermis de film 'De ondergang van de Titanic' (of in de volksmond: de Titaniek) te zien, De plaatselijke horeca doet zeer goede zaken. De kermis heeft immers midden in het centrum plaats, waar ook de cafés zijn. Op het kermisterrein zelf staan kramen met allerlei zoetigheden en andere lekkernijen.

In Waalwijk ontstaat een wel heel bijzondere traditie. In vrijwel alle huishoudens wordt gerookte paling uit de Zuiderzee gegeten. Wat ook niet overgeslagen mag worden zijn een paar rondjes in de stoomcarrousel van de firma Vermolen. Deze beroemdste draaimolen van Nederland staat 98 jaar op de Waalwijkse kermis. Tegenwoordig draait ie zijn rondjes in De Efteling. Moeten we toch naar een attractiepark om het ouderwetse kermisgevoel te herleven. Maar…wel lekker dichtbij!

Bijdrage: Ton de Groot