Huize Dorth

Heren in Dortherhoek

Tijd van pruiken en revoluties

De geschiedenis van huize Dorth begon bij de hof te Dorth, een eenvoudige boerenwoning. Samen met nog negen andere boerenhoeven vormde deze boerderij het Overijsselse deel van de Kring van Dorth. De eerste eigenaren van het hof waren de Van Heeckerens. Een telg uit dit geslacht, Seino, liet zich naar zijn bezittingen Dorth noemen. Seino bouwde aan de zuidoever van de Dortherbeek op Gelders grondgebied een nieuw huis. Dit droeg hij in 1348 op aan de hertog van Gelre als "open huis" of steunpunt. Hoe dat kasteel eruit heeft gezien, is niet bekend. Zowel het hof als het huis moest verdedigbaar zijn. De landsheren, de bisschop van Utrecht, en de hertog van Gelre hadden in tijden van oorlog vrije toegang met hun legers.

Hoge heerlijkheid

Kasteel Dorth was een hoge heerlijkheid. De kasteelheer benoemde de schout, de predikant en de schoolmeester van Bathmen. Hij had het jachtrecht, visrecht en het recht om belasting te innen. Hij was ook halsheer: hij mocht de doodstraf uitspreken. De invloed van de heren van Dorth op Bathmen is daarom groot geweest. In het gemeentewapen van Bathmen zijn de herinneringen aan de familie terug te zien. De drie rode kepers duiden op het wapen van Dorth. Dorth bleef lang in de familie van vader op zoon. De heren van Dorth behoorden mede door de keuze van hun huwelijkspartners tot de eersten onder de Gelderse adel. Namen als Anna Keppel tot Verwolde, Johanna van Vianen en Johanna van Rossem, nicht van de bekende Maarten van Rossem, droegen bij tot de glorie en glans van het kasteel.

Zesspan

Dirck van Dorth werd in 1606 eigenaar van Dorth. Hij liet het oude kasteel afbreken en er een nieuw huis bouwen. Tekeningen uit 1726 tonen een rechthoekig huis, voor en achter uitgebreid met vleugels en een ommuurd voorplein met poort en bijgebouwen. De twee pinakels van de poort zijn opgegraven en nu nog te zien aan het begin van de oprijlaan. Huize Dorth had de status van havezate en verschafte de eigenaren toegang tot de Ridderschap, en daarmee het bestuur van Overijssel. Lang heeft het geslacht van Dorth niet meer van de nieuwbouw kunnen profiteren. Dirk had alleen een dochter. Zij huwde in 1615 met graaf Zu Flodroff. Het echtpaar leefde in weelde. Graaf Flodroff hield er een zesspan op na. Dit betekende dat de weg naar Gorssel op verschillende punten moest worden verbreed om het span te kunnen keren. Deze keerpunten zijn nu nog aan de weg te zien. Het echtpaar liet een schuld van f 150.000,‒ na aan hun zoon!

Landhuis

In 1757 werden de goederen van Dorth verkocht aan de Amsterdamse koopman Arend Rutgers. Het huis werd diverse malen doorverkocht. In 1833 werd het kasteel afgebroken en vervangen door een landhuis. Het huidige huis werd in 1927 gebouwd door de familie Huijssen van Kattendyke.
In 1972 werd het huis eigendom van de baggermaatschappij Boskalis. Het werd gebruikt als buitenhuis en zakelijk representatief centrum. Het deed nog tijdelijk dienst als meisjesinternaat. In 1986 werd het toen nog 93 ha grote landgoed verkocht aan de Vereniging tot behoud van Natuurmonumenten.