Tachtigjarige Oorlog: 'Slag bij Heiligerlee'

Actueel
Slag bij Heiligerlee (23 mei 1568)

Het gebied dat we nu België en Nederland noemen, heet in de zestiende eeuw nog de Nederlanden. De Spaanse koning Filips de Tweede wordt in 1555 de baas over deze Nederlanden. Maar steeds meer mensen in de Nederlanden zijn het niet eens met de manier waarop Filips het land bestuurt. Ze willen dat hij minder streng is tegen 'ketters', mensen die kritiek hebben op de rooms-katholieke kerk. Bovendien willen ze dat de Nederlandse steden en edelen hun eigen bestuur en speciale rechten mogen houden.

Na de Beeldenstorm in 1566 stuurt Filips de Tweede de hertog van Alva naar de Nederlanden. Hij moet orde op zaken stellen en iedereen straffen die ook maar iets met de Beeldenstorm te maken heeft gehad. Hiertoe stelt Alva de 'Raad van Beroerten' in. Deze raad, die door de mensen ook wel de 'Bloedraad' wordt genoemd, zorgt ervoor dat ruim elfduizend mensen uit de Nederlanden worden weggestuurd en meer dan duizend mensen terechtgesteld worden.

Willem van Oranje ontvlucht na de Beeldenstorm de Nederlanden en probeert vanuit Duitsland een einde te maken aan de regering van Filips de Tweede en Alva. Op 23 mei 1568 raken Spaanse troepen en de troepen van Willem van Oranje met elkaar in gevecht bij Heiligerlee in Groningen. Deze 'Slag bij Heiligerlee' eindigt met de eerste overwinning van de Nederlandse opstandelingen. De troepen van Willem van Oranje verslaan daar de Spaanse troepen. Dit is het begin van een oorlog die tachtig jaar duurt: de Tachtigjarige Oorlog.