Van Almaere naar Zuiderzee

Flevoland in de Middeleeuwen

In de Middeleeuwen werd Flevo Lacus Almaere genoemd. Dat betekent 'groot meer'. Door veel overstromingen kreeg het Almaere in de loop van de tijd een verbinding met de Noordzee. Die verbinding lag in het noorden van het huidige IJsselmeergebied, ongeveer bij de Waddeneilanden.

Het Almaere werd een zee; daardoor werd het zoete water brak en later zout. De Zuiderzee was geboren. Door deze open verbinding met zee kwam er eb en vloed. Door stormen en overstromingen ging veel land verloren. Maar er ging ook veel land verloren doordat mensen veen uit de grond haalden. Veen werd gebruikt als brandstof voor verwarming of koken. Steeds meer land kwam lager te liggen, doordat het veen werd afgegraven. De zee nam dorpen als Ruthne, Marcnesse, Nagele, Emelwerth en Bidningahem. Deze namen vinden we nu weer terug in Flevoland. Net als Almere, vernoemd naar het Almaere. Rond 1450 kreeg de Zuiderzee haar uiteindelijke vorm.

foto: Autumnus. Schepen in een herfststorm. Gravure van Robert Willemsz. de Baudous (ca. 1574-1656) naar een ontwerp van Cornelis Claesz. Van Wieringen (ca. 1580-1633). (Bron: Rijksmuseum te Amsterdam).