In 1990 valt het land Joegoslavië uit elkaar. Verschillende groepen mensen krijgen ruzie met elkaar. De Serviërs en Bosniërs voeren oorlog om de verdeling van de grond. Daarbij gebruiken de Serviërs veel geweld. Niet alleen tegen soldaten, maar ook tegen de burgers. Andere landen vinden dat dit veel te ver gaat. Daarom stuurt de VN soldaten om de burgers te beschermen. Ook Nederlandse VN-soldaten gaan naar Bosnië. Zij moeten de mensen bij Srebrenica beschermen. Maar het lukt de Nederlandse soldaten niet om Srebrenica tegen de Serviërs te beschermen. De Serviërs vermoorden in de dagen na 11 juli 1995 minstens 7000 moslimmannen.

Als de Nederlandse soldaten terugkomen, vraagt iedereen zich af of zij de massamoord niet hadden kunnen voorkomen. Daarom wordt er in 1996 onderzoek gedaan naar wat er allemaal in Srebrenica is gebeurd. In 2002 is het onderzoek klaar. Minister-president Kok zegt dat zijn regering op de ramp in Srebrenica mag worden aangesproken. Op 16 april 2002 treden Kok en zijn regering af.