Erik Hazelhoff Roelfzema

Soldaat van Oranje 17 keer naar de Hollandse Kust

Siebren Erik Hazelhoff Roelfzema is op 3 april 1917 geboren in Soerabaja, waar zijn vader directeur is van een administratiekantoor. In 1930 komen Erik en zijn zus Ellen naar Nederland, hun ouders volgen een jaar later. In juli 1941 ontsnapt hij uit bezet Nederland om vanuit Engeland de strijd tegen Nazi-Duitsland voort te zetten.

'In het leven van ieder mens komen ogenblikken voor waarop hij tot zichzelf zegt: 'Tja dat kán niet. 'En dat dóet hij iets.'

Siebren Erik Hazelhoff Roelfzema is op 3 april 1917 geboren in Soerabaja, waar zijn vader directeur is van een administratiekantoor. In 1930 komen Erik en zijn zus Ellen naar Nederland, hun ouders volgen een jaar later. Zijn vader krijgt een functie bij de Nederlandse Gist- en Spiritusfabriek te Schiedam. Eerst woont het gezin in Heemstede, daarna in Den Haag en tenslotte in Wassenaar. De eerste klas van het gymnasium-A doorloopt hij op het Kennemer Lyceum in Bloemendaal, de tweede tot en met de zesde klas op het Nederlands Lyceum in Den Haag.

In 1936 reist hij in een kolenboot naar Zuid-Amerika. Vervolgens begint hij aan een rechtenstudie aan de Universiteit van Leiden. Hij woont daar aan het Rapenburg, op nr. 56, boven café Barrera, tegenover het academiegebouw. In 1937 wordt hij afgekeurd voor militaire dienst wegens lichamelijke gebreken. In 1938 maakt hij een reis naar de Verenigde Staten, waarover hij het boek ‘Rendez-vous in San Francisco’ schrijft. Op 10 juni 1941 studeert hij af in Leiden.

Daarna probeert Erik te ontkomen naar Engeland. Een eerste poging, via de haven van Scheveningen, mislukt. In juli 1941 scheept hij zich in als matroos op de Zwitserse vrachtboot St. Cergue, die onder Panamese vlag vaart. Aan boord blijken nog vier Nederlanders te zijn: Toon Buijtendijk, Bram van der Stok, Peter Tazelaar (als stoker) en Gerard Volkersz. Het schip vertrekt vanuit Schiedam naar Kiel, maar wordt op volle zee aangehouden door een Engels marineschip. Via de Faeröer-eilanden belanden ze in Groot-Brittannië.

In Londen wordt Erik Hazelhoff Roelfzema de spil in de operatie 'Contact Holland'. Zeventien keer steekt hij met een motorgunboot de Noordzee over, meestal om geheimagenten op de zwaar bewaakte Hollandse kust af te zetten. Zes keer slaagt hij erin zelf voet aan wal te zetten. Op 26 mei 1942 probeert hij vergeefs bij Noordwijk voor het laatst op de Nederlandse kust te landen. In september 1942 wordt hij, ondanks zijn slechte ogen, bij de RAF gedetacheerd. Begin oktober 1943 krijgt hij zijn vliegbrevet uitgereikt in Canada. Na terugkeer in Groot-Brittannië en na een gevechtstraining komt hij bij het 139 squadron op het vliegveld Upwood. Als piloot van een Mosquito-bommenwerper vliegt hij tot eind april 1945 tientallen oorlogsmissies naar doelen in Duitsland, voornamelijk Berlijn. Een enkele keer fungeert hij daarbij als (plaatsvervangend) aanvalsleider.

In mei 1945 begeleidt hij koningin Wilhelmina, als haar adjudant, bij haar terugkeer naar Nederland. Op 1 september 1947 gaat hij met groot verlof en kort daarna wordt hem eervol ontslag uit de militaire dienst verleend.

Erik Hazelhoff Roelfzema overlijdt op 26 september 2007.

Hij is onderscheiden met de Militaire Willems-Orde, het Vliegerkruis, het Kruis van Verdienste, het Oorlogsherinneringskruis met 2 gespen, het Verzetsherdenkingskruis, de Inhuldigingsmedaille 1948, het Distinguished Flying Cross, de 1939-1945 Star, de Air Crew Europe Star, de France and Germany Star en de War Medal 1939-1945.