Het Galgenveld

Rechtspraak en bestraffing

Tijd van steden en staten

In de gemeente Losser komen namen als Galgenveld, Galgenstuk en andere samenstellingen met het woord galg in verhouding veel voor. Deze namen herinneren aan de hier voltrokken doodvonnissen. In Oldenzaal veroordeelde misdadigers werden op deze locaties ter dood gebracht. Van de galgen bij de Kribbenbrug en bij grenspaal 16 resten nog de belten.

"Den dief sal hanghen"

In de tijd van de "heidense" Saksen was de rechtspraak primair een lokale aangelegenheid. De hele buurt kwam op een gemeenschappelijke plaats, de thij, bijeen om feest te vieren, te vergaderen en recht te spreken. De boerderij- of veldnaam thij getuigt nog van deze Saksische rechtsgang. Wanneer men alle thijnamen op een kaart intekent, dan vertoont deze grote overeenkomsten met een markenkaart. Zo'n kaart laat zien hoe klein het gebied eigenlijk was waarover een thijgericht de jurisdictie had. Omstreeks 1225 is het mondelinge gewoonterecht van de Saksen gebundeld. Het kreeg als Saksenspiegel grote bekendheid. De Saksen kenden geen pardon voor dieven. Een artikel uit de Saksenspiegel luidt dat men "den dief sal hanghen". Bij een thij worden dan ook vaak sporen aangetroffen van een voormalige galg, zoals bij Ootmarsum en het meest uitgesproken wel bij Oldenzaal. Als in Oldenzaal voor het eerst sprake is van een ophanging, dan gebeurt dit vlakbij boerderij de Thij. Ook in Losser dragen meerdere grondstukken de naam Thij of afgeleide vormen daarvan zoals Teebult of Thiosing (Teussink).

Executies

Na onderwerping van de Saksen aan de christelijke Franken en uiteenvallen van dit Frankische rijk, kwam Twente rond het jaar 1000 binnen de invloedsfeer van de vorst-bisschop van Utrecht. Hij stelde een vertegenwoordiger aan over de regio om uit zijn naam recht te spreken, die schout en later drost werd genoemd. De dagelijkse rechtsgang liet hij naderhand over aan lokale rechters, maar de hoge rechtspraak (lijfstraffen) behield hij aan zichzelf. De stad Oldenzaal bezat eigen rechtsmacht. Zowel de drost van Twente als de stad Oldenzaal liet hun doodstraffen veelal buiten deze stad uitvoeren. Het is dan ook niet vreemd dat er in Losser naar verhouding veel galgen hebben gestaan. Vanaf het midden van de 16de eeuw vonden de executies mogelijk vanwege de pest buiten het wigbold of de stadsvrijheid plaats op het Galgenveld bij het Hulsbeek. Vonnissen zijn ook voltrokken op de Markt in Oldenzaal. Dit was bijvoorbeeld in november 1678 het geval met Lubbert te Spraakstede uit De Lutte, die wegens doodslag van Berent Oosterbroek en diverse diefstallen in Oldenzaal werd terechtgesteld.

Waarschuwing

Een galg was niet alleen functioneel, maar diende tegelijkertijd als een waarschuwing. De landsheer richtte galgen op op plaatsen waar een doorgaande weg een landweer of een grens kruiste en waaraan nooit iemand zou komen te hangen. In de Lutte stond zo'n galg ten oosten van Dinkelharbert bij de Kribbenbrug op de Galgenbelt aan de Dinkel. Soms plaatsen twee landsheren aan beide kanten van de grens een galg. Aan de weg van Oldenzaal naar Bentheim stond in 1827 bij grenspaal 17 de Bentheimer galg nog overeind. De Twentse galg was toen al verdwenen. Die galg heeft op de wat zuidelijker gelegen belt gestaan vlakbij paal grenspaal 16. Eenzelfde symbolische functie hadden waarschijnlijk de twee galgen in Losser op de grens bij de Scherpenberg nabij het erve Verbeck (nu Aarnink) en op het galgenveld met de galgenbelt bij de Bleek. Dood door de strop werd op den duur als onmenselijk ervaren. Vanaf 1861 werd de straf niet meer toegepast en in 1869 werd in Nederland de doodstraf helemaal afgeschaft.