De eerste bewoners

Pioniers in Vecht en Venen

In 1987 vonden twee jongens bij Nigtevecht een boomstamkano, die uit de Vroege IJzertijd zou stammen. Die kano, die dus ruim 2500 jaar oud is, laat zien dat er toen al mensen over de Vecht voeren, maar bewijst niet dat ze er permanent woonden. Waarschijnlijk was de mens die met deze kano onderweg was, op jacht. De kano zelf kon niet worden geborgen: wel werden aardewerkscherven uit de Vroege IJzertijd die in de kano lagen, bewaard.

Langs de rivieren, op de hogere oeverwallen, wordt menselijke bewoning verwacht, zoals ook elders in Utrecht. Toch zijn daar weinig archeologische vondsten gedaan. In het midden van de jaren '90 werd bij Breukelen bij de Oude Aa een kleine opgraving uitgevoerd, waarbij zowel grondverkleuringen als aardewerk wezen op menselijke bewoning in de IJzertijd. Ook bij Loenen langs de Angstel zijn resten uit de IJzertijd aangetroffen.

Een reden dat archeologen weinig vinden langs de Vecht is de baksteen- en dakpannenindustrie. Daarvoor zijn dikke lagen klei afgeticheld en zo zijn waarschijnlijk veel voorwerpen verloren gegaan.

In de IJzertijd, zo'n 300 jaar voor Chr., waren de klimatologische omstandigheden aangenamer geworden voor permanente bewoning. De zeespiegelstijging was tijdelijk gestopt, de ondergrond was droger en op de oeverwallen kon akkerbouw plaatsvinden. Niet verwonderlijk dus dat bij Baambrugge de resten van een heuse nederzetting uit die tijd zijn gevonden.

Ook bij Breukelen vonden onderzoekers in 2002 aanwijzingen van een nederzetting op de oeverwal van de rivier. Weliswaar hadden overstromingen veel grondsporen weggespoeld, maar er werden meer dan duizend aardewerkscherven opgegraven. Het lijkt erop dat hier, aan de rivier op een hoger gelegen zandkop, een kleine nederzetting heeft gelegen. De bewoners hadden zowel contacten met mensen rond Assendelft (zo blijkt uit aardewerkvondsten) als met boeren die in het midden van Nederland woonden. Er werden zelfs uit Duitsland afkomstige stukken basaltlava gevonden, die waarschijnlijk als maalsteen hebben gediend. Het was dus geen geïsoleerd bestaan langs de Vecht, in de prehistorie.