Industrieterrein De Baarge

Landbouw en industrie naast en met elkaar

Tijd van televisie en computers

"Afgezien van de vier zuivelfabrieken, waar bij elkaar misschien 30 mensen werken, kent de streek geen industrie", aldus een krantenartikel uit 1949 over Staphorst. Burgemeester en wethouders voelden er volgens de schrijver van het stuk niets voor om "een stevige industrie in haar midden te krijgen." Het zou de eigen aard van de gemeenschap wel eens kunnen aantasten. Toch was ook in Staphorst "een overschot van jonge mannen" aan het ontstaan. In het boerenbedrijf konden ze vaak al nauwelijks meer emplooi vinden. Enerzijds wegens een tekort aan land, anderzijds wegens de hoge kosten bij de overname of uitbreiding van een boerderij. Er moest dus wel iets gebeuren. Gedacht werd onder andere aan de tuinbouw en aan uitbreiding van de middenstand. Ook het Staatsbos moest werkgelegenheid kunnen bieden, want daar waren altijd houthakkers nodig. De praktijk zou anders uitwijzen. In 1957 werd langs de spoorlijn het Industrieterrein "Staphorst" geopend, ruim 20 hectare groot. Het kreeg de naam "De Baarge", afgeleid van de hogere zandrug in het landschap waarop het werd aangelegd.

Uitbreidingen

Tot de eerste firma's die er zich vestigden behoorde Philips, maar ook van origine Staphorster bedrijven vonden er een plek. Burgemeester Van der Wal, die in 1949 nog gold als een tegenstander, zag nu wel het belang ervan. Hij bood nieuwe bedrijven gunstige vestigingsvoorwaarden om ook zo "het probleem van de jonge boeren" te lijf te kunnen gaan. Voor menige kleine boer boden de be-drijven dan ook een welkome kans op extra inkomsten. Veel Staphorster meisjes konden er even-eens terecht. De bedrijven die op De Baarge een plaats vonden, hadden vaak een technische inslag, wat goed aansloot bij de belangstelling van de bevolking. Zo vestigde zich hier in 1958 het bedrijf van Brink, dat zou uitgroeien tot een grote speler op het gebied van verwarming en kantoormeu-belen. In hetzelfde jaar gingen 85 jongens uit de gemeente Staphorst naar technische scholen in Meppel of Zwolle, meldde een brochure waarin het industrieterrein werd aangeprezen. De gemeente telde toen ongeveer 9.800 inwoners. In 1980 was 17 hectare van De Baarge uitgegeven en waren er nog 4 beschikbaar. In het streekplan werd rekening gehouden met een uitbreiding van nog eens 9 hectare.

Gunstige factoren

De arbeidsmentaliteit van de Staphorsters bleek een gunstige factor, evenals de strategische ligging langs de A28. Langs deze "corridor naar het noorden" werd in 1992 een nieuw "bedrijventerrein" van 15 hectare opengesteld. De Baarge had toen al een oppervlakte van 36 ha. Na de Esch I werd, eveneens langs de A28, de Esch II aangelegd. Halverwege de jaren negentig verliep de groei zo onstuimig, dat de provincie Overijssel paal en perk ging stellen aan de uitbreiding van bedrijven-terreinen. Gestaag nam echter in Staphorst het aantal bedrijven verder toe. Kort na de eeuwwis-seling had alleen al De Baarge een oppervlakte van ongeveer 50 ha, waarop ruim 100 bedrijven waren gevestigd, die aan circa 1.250 mensen werk boden.

In een agrarische setting

De ontwikkelingen leidden er ook toe dat het gebied ten zuiden van de nieuwbouw in Zuid een geheel ander aanzien kreeg. Het agrarische karakter van weleer dreigde verloren te gaan. Het gebied langs de A28 vormde een contrast met het elzensingellandschap van Rouveen, aan de andere kant van de weg. Als reactie op de kritiek die daardoor ontstond, werd in 2009 door de gemeente Stap-horst, het Waterschap Groot Salland en Rijkswaterstaat een plan gepresenteerd. Het bood ruimte voor een variatie aan singels, wallen, watergangen, bergingsgebiedjes en laagtes.