Een hertshoornen bijl

Eerste bewoning

Tijd van jagers en boeren

Bewoning in de IJsselvallei is in het verleden altijd verbonden geweest aan de mogelijkheid om te ontsnappen aan wateroverlast. De mensen vestigden zich dus op de hoger gelegen delen in de IJsselvallei. De vorming van de hoger gelegen gedeelten hebben deels plaatsgevonden in het Pleistoceen (de IJstijd) en deels in het Holoceen (de tijd vanaf de IJstijd tot nu). In het Pleistoceen is het reliëfrijke dekzandlandschap ten oosten van Wijhe ontstaan. Hier hielden in de Midden Steentijd de eerste mensen verblijf. In het Holoceen zijn de stroomruggen en de rivierduinen langs de IJssel gevormd. De oude kern van het dorp Wijhe ligt op zo'n oude stroomrug.

Archeologie

De Midden Steentijd duurde van 8.000-3.200 jaar v. Chr. De mensen leefden indertijd als jagers en verzamelaars. Hun werktuigen bestonden grotendeels uit vuursteen; soms ook uit hertshoorn en been. Sommige werktuigen vallen op door hun kleine en zorgvuldig bewerkte uiterlijk, de zogenaamde microlithen. Veel werktuigen behoren tot de krabbers of schrappers. Ze werden gebruikt om huiden en botten af te schrapen. De vindplaatsen in Wijhe liggen voornamelijk ten oosten van het dorp, in de omgeving van Broekland. Hier zijn de meeste werktuigen verzameld door speurwerk aan de oppervlakte of het zeven van grond op mogelijk werktuigrijke plaatsen. In de jaren zeventig van de vorige eeuw vonden er diverse zandafgravingen plaats in de gemeente Wijhe en dat waren voor de plaatselijke onderzoekers ideale plekken om te zoeken. De provinciaal archeoloog, de heer A.D. Verlinde, dateerde het gevonden materiaal indertijd op 3.500 jaar v. Chr.. Bij de aanleg van het nieuwe dijktracé langs de IJssel in 1974 kwam in de uiterwaarden verrassend genoeg een hertshoornen bijl aan het licht. Weliswaar is deze bijl niet meer intact, maar duidelijk zijn nog het steelgat en de bewerkingen te zien. Naast deze bijl zijn er nog enkele vuurstenen werktuigen uit de prehistorie gevonden. Al deze voorwerpen zijn aanwezig in de archeologiekelder van de Wijhese oudheidkamer.

Nieuwe Steentijd

De mensen uit de Nieuwe Steentijd kenden al akkerbouw en veeteelt. Ook zal jagen en verzamelen nog wel een rol gespeeld hebben. Zij leefden op de hogere delen langs de IJssel. Hun werktuigen waren anders dan die in de Midden Steentijd. Zij beschikten ook over de vaardigheid potten te bakken, die ze vaak heel fraai versierden. Ook konden ze stenen bijlen slijpen waarmee ze bos ontgonnen. Er zijn een aantal werktuigen uit de Late Steentijd in de omgeving van Wijhe gevonden, maar lang niet zoveel als uit de Midden Steentijd. Dat heeft waarschijnlijk te maken met het feit dat het in de Late Steentijd vochtiger was, waardoor er meer wateroverlast was. De vondsten uit de deze periode zijn gedateerd op 1.850 jaar v. Chr..

Romeinse tijd

In de Romeinse tijd was er ook sprake van bewoning in de IJsselvallei. Er is bijvoorbeeld veel aardewerkmateriaal gevonden in de omgeving van 't Hogeland te Herxen. Uit de periode van de Romeinse tijd en de Hoge Middeleeuwen zijn geen vondsten bekend.