Tabaksindustrie

Tabaksteelt

In Veenendaal groeide in de negentiende eeuw een omvangrijke tabaksindustrie met grote sigarenfabrieken zoals De Ritmeester. De tabak die hier werd verwerkt, was afkomstig uit Nederlands-Indië en van veel betere kwaliteit dan de inlandse tabak. Eerst werd het tabaksblad gestript (het verwijderen van de nerf). Dit gebeurde vaak door jonge kinderen. De oudere kinderen werkten als 'bosjesmaker'. Zij wikkelden de gesneden tabak in een tabaksblad dat als omslag van de sigaar diende. Het waren lange werkdagen voor weinig geld. Het tabaksstrippen werd zelfs wel aangeduid als de 'zwijnerij', omdat het zo weinig opbracht. Pas in de twintigste eeuw wisten de arbeiders door stakingen en door zich te organiseren in vakbonden hun werkomstandigheden te verbeteren.