Bombardement rond Buurserstraat

Vrij op 1 april

Tijd van wereldoorlogen

Haaksbergen werd bevrijd op 1 april 1945. Maar de uitzinnige vreugde bij het binnentrekken van de tanks en manschappen van de "30e Engelse Legergroep" ging hand in hand met een diep verdriet over de gevolgen van het bombardement op zaterdag 24 maart. Bij deze misrekening van de geallieerden vonden 57 Haaksbergenaren de dood en raakten er tientallen gewond. Voor hen kwam de bevrijding 1 week te laat.
Voor een groot aantal Haaksbergenaren is niet 4 mei, maar 24 maart de echte dag van de dodenherdenking. Op die datum in 1945 speelde zich een onvoorstelbare tragedie af. Om 9.15 uur op die zaterdagmorgen gaat het luchtalarm af. De reactie is routinematig: scholen sturen de kinderen naar huis, iedereen zoekt een veilig heenkomen. Dan, om 9.23 uur, klinkt het gierende geluid van een ongekend zware bommenregen. Drie formaties van elk zes bommenwerpers van de geallieerde "386 Bomb Group" ontdoen zich van 318 fragmentatiebommen van elk 118 kg. De gevolgen zijn afschuwelijk. Tal van gezinnen aan de Klaashuisstraat, Brink, Jhr. von Heijdenstraat, Buurserstraat, Veldkampstraat, Bevertstraat en de Enschedesestraat worden in rouw gedompeld.

Bommenregen

De officiële lijst van slachtoffers telt 57 namen, 50 personen waren direct dood, zeven bezweken enkele dagen later. Onder de doden was de door de Duitsers afgezette burgemeester Jhr. Hubertus J.W.J. von Heijden. Ook waren er tientallen gewonden. Een van hen was Hetty van Tongeren, toen 14 jaar oud. De ulo-scholiere was tijdens het luchtalarm onderweg van het cafézaaltje bij de windmolen, waar de lessen werden gegeven, naar café Tankink (nu De Biester) aan de Enschedesestraat. Daar wilde ze haar leraar Frans spreken over een rapportcijfer. Toen ze er bijna was, hoorde ze het gierende geluid van de bommenregen. "Ik ben toen gaan rennen naar de kluis van de zuivelfabriek, naast het huis Rispinge van de familie Zuidema. Daar woonden wij toen tijdelijk en wij konden altijd schuilen in hun kluis. Helaas haalde ik het niet, ben gevallen en getroffen door een stukje scherf. Dat ging dwars door mijn buik en bleef steken achter in mijn hemdje. Daarbij ben ik stukjes kwijtgeraakt van een darm en van een ruggenwervel. Gelukkig is mijn aorta niet geraakt, anders was ik dood geweest. Ik bloedde heel erg, maar kon opstaan en het laatste stukje naar huis strompelen, waar mijn moeder mij opving. Helpers van het Rode Kruis waren snel aanwezig. Via de dokter kwam ik in het Antonius-ziekenhuis, waar de gangen vol lagen. Er was geen water en geen elektriciteit. Toch hebben ze me kunnen opereren. Ik ben er 2 maanden gebleven; ook later heb ik nog een paar keer lang in het ziekenhuis gelegen. Ik was een kind, heb mij toen niet gerealiseerd dat ik aan de dood ontsnapt was."

115 namen

De lijst van omgekomen Haaksbergenaren door het oorlogsgeweld telt in totaal 115 namen, waarvan de helft van dit bombardement. Bij de Duitse inval sneuvelden zeven plaatsgenoten als militair. In concentratiekampen stierven 23 Haaksbergenaren, onder wie Han Jordaan, die als geheim agent verraden was. Als represaille voor de werkstaking in april 1943 bij Jordaan werden acht werknemers doodgeschoten. Voortijdig gesprongen projectielen kostten twee personen het leven. Vijf mannen overleefden de arbeidsinzet in Duitsland niet. Op 31 maart 1945 gooiden Engelsen bommen op twee Duitse auto's die geparkeerd stonden bij een huis in St. Isidorushoeve. Daarbij kwamen zeven Haaksbergenaren om, onder wie Gerharda Wilders-Meyerink met haar vier kinderen. Op de dag van de bevrijding en in de dagen daarna overleden door incidenten nog enkele Haaksbergenaren.