Boerderijen en bodemschatten

De eerste boeren in Dalfsen

Tijd van jagers en boeren

Boeren

Rond 3000 v. Chr. (steentijd) vestigden de eerste boeren zich langs de oevers van de Vecht. In plaats van jagen en vissen leefden ze van de landbouw en wat veeteelt. Ze woonden in boerderijen, gemaakt van palen met vlechtwerk van takken, leem en riet. Voorwerpen gevonden op de plekken waar de boerderijen stonden, vertellen veel over het leven van de boeren. Ook weten we veel door onderzoek naar de graven waarin de boeren hun doden begroeven: de grafheuvels.

Grafheuvels

Deze heuvels waren best groot: 0,5 tot 2 m hoog en 8 tot 10 m lang. Soms zijn de grafheuvels zo begroeid met bomen en planten dat je ze nauwelijks meer kunt herkennen. Waarom de boeren hun doden in grafheuvels begroeven, weten we niet.

Urnenvelden

Na 2000 v. Chr.(bronstijd) stopten de boeren met het bouwen van grafheuvels voor één persoon. De doden werden nu niet langer begraven, maar gecremeerd. De as deed men in een urn (een soort pot), die in een veel kleiner heuveltje op een urnenveld werd begraven. Urnenvelden zijn nog lastiger te herkennen dan grafheuvels. Veel urnenvelden zijn ontdekt door boeren bij het ploegen van hun land.

Help! Een geraamte?!

Je hoeft niet bang te zijn dat je ineens een deel van een geraamte bij een grafheuvel vindt. Van de begraven mensen is niets terug te vinden. Wel zijn er in sommige graven voorwerpen, zoals aardewerken potjes en wapens gevonden. Deze voorwerpen, de grafgiften, kreeg de dode mee voor het leven na de dood.

Schatgravers

De oude voorwerpen zijn heel bijzonder. Daarom zijn veel grafheuvels door de eeuwen heen leeggeroofd door schatgravers, die op zoek gingen naar waardevolle voorwerpen. Sinds 1961 zijn de oude begraafplaatsen beschermd en is het streng verboden erin te graven.