Liefdezusters in Schijndel en Veghel

Onderwijs en zorg komen tot bloei

Tijd van burgers en stoommachines

Drie jonge vrouwen. Dat was waar het in Schijndel en Veghel allemaal mee begon. In beide dorpen stonden ze aan het begin van twee kloosters die uitgroeiden tot de grootste in de regio. Zelfs in het buitenland werden de zusters bekend. De Zusters van Liefde in Schijndel en de Zusters Franciscanessen in Veghel waren populair bij jonge vrouwen. Waarom wilden zoveel vrouwen zuster worden?

Liefdezusters en Franciscanessen

In 1836 liet pastoor Van Erp (1797-1861) in Schijndel een klooster bouwen. Dat werd het woonhuis voor de Liefdezusters van Schijndel. De Veghelse pastoor Van Miert (1801-1870) volgde in 1844 zijn voorbeeld. Hij liet in Veghel een klooster bouwen voor Franciscanessen van Veghel. Allebei de kloosters hadden hetzelfde doel. Goede werken verrichten voor andere mensen, zoals onderwijs, zieken- en bejaardenzorg.

Onderwijs

Dankzij de Liefdezusters en de Franciscanessen werden er scholen gebouwd. Dat waren kleuter- en meisjesscholen. Het was belangrijk, dat kinderen onderwijs kregen. Ze moesten leren lezen en schrijven. Schijndel en Veghel kregen zelfs een kweekschool. Daar werden leerkrachten opgeleid om goed onderwijs te kunnen geven. In Veghel bestaat deze school nu nog als Fontys Hogeschool voor Kind en Educatie.

Zorg

Arme en zieke mensen moesten verzorgd worden. De Liefdezusters en de Franciscanessen bouwden verpleeg- en ziekenhuizen die ze 'gasthuis' of 'gesticht' noemden. Zo opende in 1911 het Veghelse 'Sint-Josephgasthuis' en in 1933 het Schijndelse 'Lidwina Gesticht'. De ziekenhuizen speelden een belangrijke rol in het leven van veel mensen. Ze werden er geboren, verzorgd, geopereerd of gingen er dood. In 1967 werd het Sint-Josephgasthuis het regionale ziekenhuis. Behalve Franciscanessen, kwamen er ook steeds meer artsen en doktoren in het ziekenhuis werken. In 2013 ging het ziekenhuis uit Veghel weg. Het verhuisde naar Uden. Veel mensen waren daar boos over, want een ziekenhuis is een belangrijk gebouw in een dorp of stad.

Helpen in de hele wereld

De Liefdezusters en Franciscanessen waren niet alleen belangrijk voor zorg en onderwijs in Schijndel en Veghel. Ze wilden zoveel mogelijk mensen helpen, waar dan ook ter wereld. In tientallen Nederlandse dorpen en steden werd hun hulp ingeroepen. Maar niet alleen in Nederland. Zelfs in Curaçao, Duitsland, Indonesië, de Filipijnen, Chili, Peru, Zambia, Tanzania en Kenia werden kloosters, ziekenhuizen en scholen gebouwd.

Zuster worden

Veel vrouwen wilden intreden bij de Liefdezusters of Franciscanessen. Dat wil zeggen, dat ze zuster wilden worden. Zuster worden betekende, dat ze de rest van hun leven zouden werken in de zorg of het onderwijs. Ze moesten er veel leuke dingen voor laten. Dat klinkt een beetje nadelig. Waren er ook voordelen?

Vrouwenemancipatie

Aletta Jacobs streed voor gelijke rechten voor vrouwen en mannen. Vrouwen waren achtergesteld. Ze moesten maar voor één ding zorgen: het huishouden. Door in het klooster te gaan, konden vrouwen daar aan ontsnappen. In het klooster kon je belangrijk worden. Dat kon als huisvrouw niet. Als zuster kon je zelfs gaan werken in het buitenland. Dat was avontuurlijk, maar ook heel erg bijzonder in een tijd dat bijna niemand op vakantie ging.